Antropocentrisme is een idealistische leer,volgens welke de mens wordt beschouwd als het centrum van het heelal. Bovendien is de mens het doel van alle gebeurtenissen die in de wereld plaatsvinden. Deze filosofische visie is gebaseerd op de waanvoorstelling die werd geformuleerd door de Griekse denker Protagoras, die zegt dat 'het individu de maatstaf van alle dingen is'.
Antropocentrisme is de oppositie van het fenomeenpersoon voor alle andere beschikbare verschijnselen. Een soortgelijk principe ligt ten grondslag aan de specifieke houding ten opzichte van de natuur, wanneer het concept consumptie als het belangrijkste concept wordt beschouwd. Zo'n lering was bedoeld om de harde uitbuiting van verschillende levensvormen te rechtvaardigen, evenals in sommige gevallen hun volledige vernietiging. Desalniettemin wordt aangenomen dat humanisme en antropocentrisme een gezond beeld zijn van de methoden en objecten van menselijke kennis.
Er moet ook worden opgemerkt dat de geschiedenis van de gewildeconcepten bestrijkt een aanzienlijke periode. De grootste bloei werd echter waargenomen in de middeleeuwen, toen het christendom als de belangrijkste religie werd beschouwd. Alles hier is rond een persoon gebouwd. Het moderne concept van "antropocentrisme" is een integraal onderdeel van het menselijke karakter. Elk individu manifesteert zichzelf in alles, wat hij ook doet. De manier van denken, het systeem van waarneming en begrip van wat er in de omringende wereld gebeurt - alles is strikt individueel en is gebaseerd op juist deze visie.
Het concept van 'humanistisch antropocentrisme'werd beschouwd als het belangrijkste kenmerk van de Renaissance. In tegenstelling tot de middeleeuwen, toen de belangrijkste plaats werd ingenomen door religie, richtte de hierboven beschreven periode de aandacht van denkers op het probleem van het menselijk bestaan, de betekenis van zijn verblijf in deze wereld.
Er zijn echter enkele verschillen inafhankelijk van het werkterrein. Volgens de sociale cognitie is antropocentrisme de tegenstelling tot sociologisme. Benadrukt wordt dat het gezochte concept niet alleen de onafhankelijkheid van het individu uitdrukt, maar ook de vrijheid van zijn keuze, evenals de verantwoordelijkheid voor zijn daden. Bovendien, aangezien de mens het hoogtepunt van de schepping is, zijn zijn verplichtingen de grootste.
In de politieke sfeer van activiteit, het concept“Antropocentrisme” wordt voldoende geïmplementeerd in het principe van liberalisme. Zo wordt de prioriteit van de persoonlijke belangen van ieder erkend boven de behoeften en behoeften van alle gemeenschappen. In dit opzicht is een dergelijke manier van denken vreemd aan het naleven van rigide sociale attitudes, evenals aan grootschalig sociaal ontwerp, aangezien dit alles de belangen van het individu ondergeschikt maakt aan de presentatie van het project, daarom wordt de mens slechts een onderdeel van het systeem, een van zijn 'schroeven'.
Dus de leer van antropocentrisme, hoewelis onwetenschappelijk, maar schetst duidelijk de grenzen van de impact van macht op het leven van elk individu, en stelt ook bepaalde vereisten vast die de evenredigheid beschrijven van menselijke transformaties vertegenwoordigd door de samenleving.